0 0
Read Time:9 Minute, 21 Second

Donderdag, 8 mei 2008. Het is 06.00u. Binnen een halfuur zal mijn als wekker dienstdoende gsm aflopen. Ik besef het niet, want ik slaap nog. Die wekker om halfzeven, het is niet voor zo heel lang meer, mijn stage in Brussel zit er bijna op. Maar intussen is die stage toch al bezig sinds 12 februari, dus gewenning is reeds mijn deel en ook nu zal ik weer braaf om dat uur opstaan en dan rond halfacht in het station van Brugge op de trein naar Brussel-Centraal stappen.

Drie minuten later, 06.03u. Ik word wakker gemaakt door een trillende gsm. Het getril duurt niet zo lang, dus ik besef dat het mijn wekker niet is. Een vloek spint voort uit mijn gedachten, ik wil verder slapen zo lang ik niet écht uit mijn bed moet. Nu goed, nieuwsgierigheid haalt de bovenhand en ik sta op. Anderhalve meter verder ligt mijn gsm op een plank in een houten kast. Het is de enige manier om zeker te zijn dat ik opsta wanneer mijn wekker gaat.

“Een sms van Pieter, waarover heeft hij me in godsnaam nodig op dit uur”? Enkele seconden later ga ik terug op bed zitten, slik ik en staar ik naar het schermpje. Dit kan geen waar zijn. Pieter zou hierover niet zeveren, maar zo ver rijken mijn gedachten niet. Ik stuur terug: “Meen je dat nu?”, leg mijn gsm terug in de kast en kruip terug onder de lakens. Slapen zit er niet meer in, ik staar naar het plafond. “Hier zou zelfs ik geen grappen over maken”, is het antwoord dat ik een halve minuut later ontvang.

Elk tijdsbesef ontgaat mij, ik sta op, geen denken aan dat ik terug ga slapen, ik moet het écht weten. Definitief – tot vanavond toch – verlaat ik mijn bed, doel: laptop en radio. Ik schakel de laptop aan, het duurt een tijdje, en leg de radio aan. Q-Music is de eerste zender en Sven Ornelis de eerste stem die ik die ochtend hoor. Het wordt bevestigd: “We krijgen hier enorm veel sms’jes van mensen die vragen of het waar is, maar het is jammer genoeg echt, voetballer François Sterchele is vannacht overleden in een auto-ongeval.”

Ok, de exacte woorden herinner ik me misschien niet meer, intussen zijn we tien jaar verder, maar hier kwam het wel op neer. Ik zie me nog staan, leunend tegen de frigo, de woorden van Sven even laten doordringend, maar het besef wil niet echt komen. Intussen is de laptop opgestart, het doel is ook hier duidelijk: Sporza. Het bericht van Cois’ overlijden staat ook hier. Het is dus toch waar.

Na twee beten stop ik met mijn ontbijt, meer krijg ik niet meer door mijn keel. De rest vliegt onherroepelijk de vuilbak in. Het kan me niet veel schelen, ik ga van sporza.be naar hln.be, van uefa.com naar nieuwsblad.be, van sport.be naar eender welke andere site. Overal hetzelfde bericht maar anders verwoord.

De plicht roept, een stagedag staat op de agenda, ik was me en kleed me aan. Voor één keer geen ‘gewoon’ t-shirt onder mijn trui, maar wel mijn voetbaltruitje van Club Brugge. Eigenlijk wil ik naar het Jan Breydelstadion, het is amper een halfuurtje te voet, maar dat kan nu nog niet. Vanavond dan maar. Ik doe het truitje aan met trots en respect, maar tegelijk wil ik het ook niet te opvallend dragen. Ik voel me niet in de stemming om te veel hierover aangesproken te worden, ik wil dit alleen verwerken.

Maar toch komt de idee in me op. Reeds verschillende smsjes heb ik ontvangen, even veel heb ik er al verstuurd. Ik ben blij dat diegene die antwoorden het nieuws al wisten, het bespaart me pijnlijke gesprekken. Denk ik. Het idee laat me niet los en ik sms naar Lenzo, mijn beste vriend binnen Blue Army, het Brugse supporterscollectief. Ik stel voor om een oproep te verspreiden, met zo veel mogelijk sympathisanten afspreken aan de Clubshop, vanavond om 19.00u. Hij vindt het een goed idee en weer begin ik rond te sms’en, maar dit keer gerichter, naar connecties bij Blue Army, BlauwZwartForum, ForumClub en nog wat anderen. Met de uitdrukkelijke vraag de oproep verder te verspreiden. Allen gaan ze hier makkelijk op in, de eensgezindheid is groot op deze donderdag. Ik hoop op een vijftigtal mensen aan het stadion vanavond.

De trein naar Brussel is mooi op tijd. Het is zo’n dubbeldektrein, maar ik zit naast de deuren op een ‘gelijkgronds’ compartiment met twee maal vijf zetels tegenover mekaar. Eens onderweg krijg ik telefoon. Het is Jürgen. “Sorry é jong, ik weet niet goed wat zeggen, ik vind het zelf erg…” Op zoiets kwam het neer, veel is er niet gezegd geweest. Het is ergens wel opvallend: ook al is Jürgen een klasgenoot, hij is ook supporter van aartsrivaal Anderlecht. Een mooi gebaar dus, net van hem dat eerste telefoontje.

Een vijftal minuten hierna weer telefoon, Bert dit keer. Hij heeft net mijn smsje gelezen en belt om te vragen wat er gaande is, hij weet het nog niet. Ik moet hem het slechte nieuws vertellen en hoor daarna enkele keren “verdomme” en “fuck”. Wanneer ik de telefoon neerleg zie ik dat een vrouw die tegenover me zit enkele tranen laat. Of het hiermee te maken heeft weet ik tot op heden nog altijd niet, maar het vermoeden is er in elk geval.

De rest van de treinrit verloopt in stilte, op hier en daar een smsje na. Ik lees het sms’je van Pieter nog enkele keren: “Sterchele is dood. Om het leven gekomen in een ongeval met zijn terreinwagen.” Het doet me terugdenken aan enkele weken daarvoor. Toen was er een bericht op de Sporza-website verschenen. Cois was met een auto achteraan ingereden op een vrachtwagen, zonder erg. Toen ik dat las dacht ik nog “Oef, stel je voor dat hij overleden was”. Vandaag vloek ik omdat ik het me nu toch kan voorstellen. Dit had ik nooit gewild.

Rond kwart voor negen kom ik op mijn werk in Brussel aan. Het zou een wat onwezenlijke dag worden. Gelukkig werk ik op een departement dat rond sport draait en weten de collega’s dat ik Clubsupporter ben. Of ze door hadden dat ik die dag niet veel gewerkt heb, ik heb geen idee maar ga er van uit. Ook hier spendeerde ik de meerderheid van mijn tijd aan het volgen van nieuwsupdates en forumberichten. Op sociale media zou ik pas enkele maanden later actief beginnen worden.

Ik denk terug aan enkele maanden geleden, een woensdag toen de enige les die ik aan de hogeschool die dag had moeten volgen, opgeschort was. Het werd een verlofdag dus en een ideale gelegenheid om even naar Jan Breydel te wandelen, een training mee te pikken en met wat spelers op de foto te gaan, minimaal met Sterchele, Blondel en Verbauwhede. Het was echter bewolkt en het drupte wat en luier dan ik dacht dat ik was vond ik dat een excuus om het uit te stellen. “Het zal later ook nog wel eens kunnen”. Nou, niet met Sterchele dus.

Ik denk terug aan de wedstrijd Club-Genk die op 2-6 was geëindigd ook al vond ik Club die dag de beste ploeg. De beste ploeg die de overwinning uit handen gaf door defensief geknoei. Ik had die dag een flyer in handen gekregen van Clubsponsor Epson. Een sms’je sturen met de naam van de eerste Brugse doelpuntenmaker en de minuut van die goal en je maakte kans op het winnen van een projector. “Bijvoorbeeld STERCHELE 23” stond erbij. Ik stuurde exact dat, “STERCHELE 23”. Het geschiedde zo en in de volgende thuiswedstrijd mocht ik op het veld die projector in ontvangst nemen tijdens de rust. Merci, Cois.

De gedachten dwalen constant af op die bewuste 8e mei 2008. Die middag gaan we lunchen met de collega’s. Een broodje eten aan de Katelijnekerk in Brussel. We zetten ons buiten in het mooie weer aan de waterpartij tussen de kerk en de vismarkt. U kent het misschien van de Brusselse kerstmarkten. Halverwege mijn broodje merk ik op dat zich recht voor mij een restaurant bevindt. “Restaurant François”. Ik laat de rest van dat broodje maar voor wat het is.

Rond 17.00u neem ik de trein terug naar Brugge. Ik drop mijn rugzak op mijn kot en vertrek rond 18.30u naar Jan Breydel. Veel volk. Honderd? Tweehonderd? Driehonderd mensen? Ik weet het niet meer maar de opkomst was groter dan ik had gedacht. Een groep stilte en begrip aan de hekkens waar sjaals en tekeningen gedropt worden. Ik sta bij Lenzo, het eerste voor mij bekende gezicht ter plekke. Joeri staat voor ons, maar heeft me nog niet opgemerkt. Hij vraagt aan Lenzo of ik er al ben, die wijst naar mij, Joeri richt zich tot mij en zegt “goed gedaan, jong”. Ik besef plots dat ik een klein steentje heb bijgedragen door die oproep te lanceren en voel me trots dat ik een beetje heb kunnen helpen/steunen.

Zo’n halfuur later een ander beeld dat in mijn geheugen gegrift zal blijven. Een manneke van een jaar of vijf (schat ik) gaat in Clubshirt een tekening neerleggen aan de hekken. Een tekening van Cois die de 1-0 scoort in Jan Breydel tegen Anderlecht. Het moment waarop een voetballer een held werd in de ogen van een kind. Een held die er nu niet meer is.

Twee dagen later, 10 mei 2008, volgt dan die onbeschrijflijke wedstrijd tegen VC Westerlo. Mag ik dit – achteraf bekeken – de perfecte affiche vinden voor die wedstrijd? Eén van de sympathiekste ploegen uit het Belgische voetbal, onder leiding van ‘ons’ boegbeeld Jan Ceulemans. De ref was ook ideaal: Jérôme Efong Nzolo voelde de wedstrijd beter aan dan eender welke andere arbiter, getuige het niet geven van een gele kaart aan Ivan Leko toen die zijn truitje uittrok na het scoren van die vrije trap.

Het was een wedstrijd die bol stond van emotie. Geen muziek voor de wedstrijd, behalve die YNWA. Stilte tijdens de wedstrijd afgewisseld met gezangen voor één persoon. De tranen bij zo vele mensen in de tribunes en op het veld. De foto van Sterchele die na de match rond het veld werd gedragen en voor de Noord werd neergelegd voor de pakkendste minuut stilte die ik ooit heb meegemaakt.

Enkele weken later zou Jérôme Efong Nzolo de trofee van beste scheidsrechter in ontvangst nemen en die opdragen aan enerzijds Sterchele en anderzijds zijn recent overleden zus. Een filmpje van Filip Joos zou een prachtig eerbetoon worden waarvan elke Clubsupporter zich wel enkele woorden herinnert. Na een wedstrijd van de Rode Duivels zou diezelfde Filip Joos aan doelman Stijn Stijnen een vraag stellen over diens t-shirt waar een afbeelding van Sterchele op stond, om zich dan meteen erna te excuseren met “ik had het misschien beter niet gevraagd”. Dingen die ik tot op heden nog altijd apprecieer.

Het was een rare periode, die meimaand in 2008. Iets wat geen enkel Clubsupporter die er toen bij was ooit zal kunnen vergeten. Tien jaar geleden intussen, met nog elke minuut 23 een flashback.

Happy
Happy
0 %
Sad
Sad
100 %
Excited
Excited
0 %
Sleepy
Sleepy
0 %
Angry
Angry
0 %
Surprise
Surprise
0 %
Previous post 10 dingen die je zeker moet doen in Rio de Janeiro
Bratan Next post Twee weken zaligheid in Bali

Average Rating

5 Star
0%
4 Star
0%
3 Star
0%
2 Star
0%
1 Star
0%

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *